Een spreidbroek moet over het algemeen 23 uur per dag door je kindje gedragen worden. De spreidbroek mag meestal af met aankleden en wassen (bad). Vaak hoeft de spreidbroek in de laatste maanden van de behandeling alleen nog tijdens het slapen aan.

Bij een heupluxatie mag de spreidbroek soms helemaal niet af, ook niet met wassen en verschonen. Dat is om te voorkomen dat de heup (weer) uit de kom gaat.

Volg altijd het advies van de arts, ieder behandeltraject is anders.

Dat hangt er vanaf of de spreidbroek af mag of 24 uur per dag om moet blijven zitten. Als de spreidbroek 23 uur per dag om moet en af mag voor wassen en verschonen kan je kind gewoon in bad.

Als de spreidbroek helemaal niet af mag kan je kindje niet in bad. Je kan je kind wassen met een washandje en een klein beetje zeep. De haren kan je eventueel wassen in de keuken door je kind op een aankleedkussen naast de gootsteen te leggen. Zorg dat je voor het wassen alles bij de hand hebt en bij voorkeur dat er iemand is om je te assisteren.

Door de spreidstand van de benen kan de luier vaker lekken. Vaker verschonen kan hiertegen helpen. Trek bij het verschonen liever de beentjes niet aan de voetjes op.

Het dragen van een spreidbroek hoort geen pijn te doen. De eerste paar dagen kan je kind uit zijn humeur zijn en een beetje huilerig. Dat hoort na een paar dagen over te gaan. Als je denkt dat je kind echt pijn heeft  moet je contact opnemen met de arts in het ziekenhuis.

Ja, er zijn verschillende spreidbroeken. Wij geven een overzicht van de meest gebruikte spreidmiddelen in Nederland. Iedere heupafwijking is anders en heeft een eigen behandeltraject. Het gebruik van de spreidmiddelen hangt onder andere af van de ernst van de afwijking en de leeftijd van het kind. Ieder behandeltraject is uniek omdat ieder kind uniek is, daarom kunnen behandeltrajecten niet met elkaar worden vergeleken.

Wereldwijd wordt de pavlik het meest gebruikt vanaf de geboorte tot ongeveer 6-7 maanden. Na de pavlik wordt in Nederland meestal overgegaan naar een campspreider (omdat kinderen ‘te sterk’ worden voor de pavlik). Voor de oudere kinderen die al kunnen of gaan lopen wordt ook de Visserspreider of de Hilgenreiner gebruikt. De Visserspreider en de Hilgenreiner hebben scharnieren waardoor een loopbeweging mogelijk is.

Campspreider/Visserspreider/Tübinger spreidbroek:

Maak al het klittenband dicht en maak de spreidbroek schoon met handwarm water en milde zeep. Maak regelmatig het klittenband schoon voor een goede hechting (stofjes en draadjes van andere kleding verwijderen).

Pavlik:

Of een pavlik gewassen kan worden hangt van een aantal factoren af. Als de pavlik niet los mag voor wassen of verkleden van je kind kan de pavlik zelf ook niet gewassen worden! Probeer de pavlik eerst schoon te maken met een vochtige doek met een beetje wasmiddel. Verwijder vuil eventueel met een borsteltje (oude tandenborstel).

Lees de gebruiksaanwijzing van de pavlik over het schoon maken van de pavlik (er zijn verschillende merken en materialen). Het materiaal van een pavlik is dik en de droogtijd is afhankelijk van het materiaal een paar uur. Mag de pavlik wel zo lang af? Overleg eerst tijdens je volgende controle met de behandelend arts.

Als er technische problemen zijn met de spreidbroek neem dan contact met ons op zodat de orthopedische instrumentenmaker een reparatie kan uitvoeren.

Welke kleding je kind met een spreidbroek aan kan hangt af van de spreidbroek die je kind draagt. Weet je nog niet welke spreidbroek je kind krijgt? Bel het ziekenhuis of de orthopedisch instrumentmaker en vraag welke spreidbroek het wordt. Westland Orthopedie levert zelf geen kleding voor een spreidbroek, op de website van KIEK HIP WEAR  kunt u alles vinden voor de spreidbroek.

Er kan een tijdelijke ontwikkelingsachterstand ontstaan door het dragen van een spreidbroek of gipsbroek. Op de lange termijn heeft de behandeling geen negatief effect op de motorische ontwikkeling van kinderen die een spreidbroek of gipsbroek hebben gedragen.

Maak je geen zorgen over de bewegingsvrijheid die je kind nu heeft. Behandel je kind zoals je normaal ook zou doen. Het kind mag alle bewegingen maken die het kan, maar duw of trek niet aan de heupen. Bij de controle in het ziekenhuis krijg je advies over de activiteiten die je mag ondernemen.

Begin met een uur tot twee uur dragen. Doe de orthese daarna een half uur tot een uur af en inspecteer op drukplekken. Er kunnen rode plekken ontstaan omdat de huid moet wennen aan de druk die wordt uitgeoefend. Drukplekken moeten binnen een half uur tot een uur verdwijnen, waarna u de orthese weer kan aantrekken. Wanneer het goed gaat en de huid went aan de druk kunt u de draagduur de volgende dag uitbreiden naar vier uur in de ochtend en vier uur in de middag. Totdat u de orthese uiteindelijk minimaal 8 uur per dag aan kan houden. Lukt dat niet of ervaart u teveel last van drukplekken, neem dan contact op met uw orthopedisch adviseur via T. 015 257 01 64.